de beroemdste italiaansche componist van onzen tijd, bijgenaamd “de Zwaan van Pesaro”, in welke stad hij geboren werd 29 Febr. 1792 uit ouders, die als kermismuzikanten van de eene slad naar de andere trokken, in welk valt de kleine R. hun tot 1807 ter zijde stond met zijne inderdaad heerlijke stem. Toen echter moest hij (gelijk men het noemt »den baard in de keel krijgende") ophouden met zingen, en hij ging zich in liet lyceum te Bologna toeleggen op het componeeren.
Reeds In 1808 werd er eene symphonie en cantalevnn R. ten gehoore gebracht(ilPianlod’armonia), die algemeen voldeed. Het ontbrak hem niet aan beschermers, en weldra verbaasde hij de wereld door de vruchtbaarheid van zijn talent. In 1815 werd hij (op een jaarlijksch traktement van 6000 gulden nederl.) aangesteld, om nagenoeg uitsluitend te coroponeeren voor den schouwburg San-Carlo te Napels; daar schreef hij die uitmunlende partijen voor de schoone prima donna Colbrand (die 1822 zijne vrouw werd, doch reeds spoedig van hem scheidde, en 1845 stierf). In 1823 ging R. naar Engeland, won daar in 5 maanden tijds, met lessen en concerten, over de 125 duizend nederl. guldens, en kwam zich toen te Parijs vestigen, ging 1836 te Bologna wonen, kwam nog tweemaal naar Parijs (1843 en 1855), vergezeld van zijne vriendin Oiympe Pélissier, met wie hij na den dood van zijne eerste vrouw in den echt trad. Van 1855 tot 1860 hield R. te Parijs verblijf, onder geneeskundige behandeling van zijnen vriend dokter Civiale. Van R.'s schier ontelbare operaas noemen wij inzonderheid barbier de Séville, Othcllo, Comle Ory, Guillaums Teil, Moïse en Egypte, Semiramis,e nz.
