(graaf), geb. 24 Jan. 1792 te Berlijn, zoon van koning Frederik Wilhelm II, uit diens morganatisch huwelijk met gravin Sophie Juliane Friederike von Doenhoff, werd 28 April 1794 met zijne zuster Julie (die 28 Jan. 1848 als hertogin van Anhalt-Cöthen stierf) in den gravenstand verheven, trad jong in krijgsdienst, was 1812 in den staf van generaal York, onderscheidde zich 1813—15, en stond 1848 als luiten.generaal in Silezië. Den 3 Nov. 1848 trad hij op als hoofd van het ministerie, dat het gezag des konings in de plaats moest stellen van het gezag der nationale vergadering.
Hij stierf 6 Nov. 1850.