in het meervoudige Elohim, d. i. ontzetting- en vrees-vcrwekkend, de hebreeuwsche naam van God. In den meervoudigen vorm wordt het gebezigd, om er de verhevenheid en majesteit mede uit te drukken, doch men leide geenszins daaruit af, dat de Hebreërs aanvankelijk meer góden dan één gediend hebben.
Eloah en Elohim worden in het O. T. ook zonen der Elohim, engelen en koningen genoemd.