Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Engelen

betekenis & definitie

1) ook wel Engeren, dorp in de nederl. prov. Noord-Braband, op den linkeroever van de Dieze, 1 uur gaans benoorden 'sHertogenbosch; 600 inw.; in de oorlogen der 16e eeuw werd kerk en toren van E. verwoest, doordien de graaf van Hoheulo 1587 den toren liet springen.

Ten zuiden van E. lag de Engelenschans (d. i. Schans te E.),die 1672, toen Crevecoeur doorTurenne belegerd werd, door zijn krijgsvolk aangetast, en na heldhaftiger! tegenstand door de onzen ontruimd werd; eer de Franschen 1673 deze schans verlieten werd zij gedeeltelijk geslecht, doch 1799 weder in goeden staat gebracht.2) zie ENGLUM 2).