Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Atabeg

betekenis & definitie

d. i. vader van den vorst, titel bij de Turken in de 11e en 12e eeuw aangenomen door verscheidene emirs, die, door de seldzjoecidische sultans belast met het bestuur der provinciën van Iran, zich de oppermagt hadden aangematigd, doch niet den titel van sultan durfden aannemen. Zij vormden vier voorname dynastien, t. w.:

1) de Atabegs van Irak, waarvan de stichter was Omad’ Eddin-Zenghi, de vermaardste der atabegs, die door de Kruisvaarders de Driftkop genoemd werd; zijne opvolgers regeerden van 1127 tot 1218.
2) de Atabegs van Farsistan, die van 1148 tot 1264 in het bezit waren van Perzië, en verdreven werden door Hoelagoe.
3) de Atabegs van Aderbeidzjan, van 1169 tot 1225.
4) de Atabegs van Laristan.van welke de laatste, Rokneddin genaamd, 1339 stierf.

< >