of Hogar, of Hagara, een der stammen van de tmozjarh of Toewa, die ais de belangwekkendste bewoners der woestijnlanden van Afrika zijn aan te merken. De A. zijn een overblijfsel van den Hauara-stam; de eigenllijke A. wonen van den Wadi Scrsua (6 dagreizen ten westen van Rliat) westelijk naar Tauat en zuidwesteliik naar Timboektoo; het centrum van hun gebied is de dzjehl Hagor of het bergland Atakor.
De vrije A. kunnen hoogstens 500 weerbare mannen in het veld brengen, en vormen eene krijgshafte aristocratie, gesplitst in 5 familien, die elk weder in 30 staken of afdcelingcn gesplitst zijn, elk onder een onafhankelijk opperhoofd slaande. De onvrije A. of Imrhad kunnen wel 5000 man in hel veld brengen; zij wonen niet in lederen tenten, maar in spitsrond toeloopende hullen, hebben uieerendeels eene vasle woonplaats, cn leven voornamelijk van vleesch en melk.