zoon van Demelrins \an Cyrene en kleinzoon van Demctrius Poliorccles, was voogd over Philippus, den zoon van Demctrius H (230 v. Chr.) met wiens weduwe hij later in den echt trad en toen in plaats van zijn pupil zelfkoning werd van Macedonië, dat hij met wijs beleid regeerde.
Na eenen opstand in zijn rijk onderdrukt te hebben, werd hij door den vorst van Achaia te hulp geroepen tegen de Spartanen, die door hem overwonnen werden, terwijl hun koning Cieomenes zich gedwongen zag de wijk te nemen naar Egypte. Na zijne terugkomst in Macedonië verijdelde hij een vijandelijken inval der naburige 111 vriers, en stierf in dat zelfde jaar (221 v. Chr.). Zijn bijnaam Doson bctcekent : de veel belovende, maar weinig nakomende.