Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Longtemps

betekenis & definitie

lang, lange tijd; il y a longtemps, (het is) lang geleden; il fallut longtemps, er was veel tijd voor nodig; il est longtemps à..., het duurt lang eer hij...; de (depuis, dès) longtemps, (al) lang; en avoir pour longtemps, lang werk hebben; il n’en a pas pour hij zal ’t niet lang meer maken (niet lang meer leven).

< >