Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 25-05-2022

Compagnie

betekenis & definitie

gezelschap; genootschap; maatschappij; compagnie; troep [dieren]; la compagnie (de Jésus), de Sociëteit (orde) der Jezuïeten; compagnie d’assurances, verzekeringmaatschappij; de compagnie, samen, gezamenlijk; de bonne compagnie, aangenaam in de omgang, beschaafd; il n’est si bonne compagnie qui ne se quitte (se sépare), er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan.