Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 26-02-2018

vermontevioleparken

betekenis & definitie

sjacheren door armoedzaaiers

'Jij hebt 'n paar schoenen, verkoop die nou aan mij voor vijf gulden, want ik weet ze wel kwijt voor zes. Dan hebben we allebei wat.' Wie ingaat op een voorstel als dit, geciteerd uit het Bargoens woordenboek, is bezig met vermontevioleparken, ofwel met 'sjacheren (van armoedzaaiers onder elkaar)', zoals Van Dale het omschrijft.

Sir Moses Haim Montefiore zal zelf weinig op deze manier hebben gesjacherd. Hij werd op 24 oktober 1784 in de Italiaanse stad Livorno geboren en was later een van de twaalf joodse makelaars die op de Londense goederenmarkt werden toegelaten. Binnen korte tijd wist hij een enorm fortuin te vergaren. Hij was bovendien dubbel verzwagerd met de schatrijke Nathan Mayer Rothschild.

Op veertigjarige leeftijd trok Montefiore zich uit het zakenleven terug om zich toe te leggen op de joodse emancipatie. 'Voor zijn arme geloofsgenooten had hij een goed hart en een open beurs', schrijft een naslagwerk. In Engeland bouwde Montefiore, in 1837 tot ridder geslagen, talloze arbeiderswoningen. Later zette hij zich vooral in voor de Israëlieten in Oost-Europa, het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

In het Engels werd zijn naam nooit een begrip, maar via een omweg belandde hij in het Nederlands. In Rotterdam werd een 'tehuis voor behoeftige passanten' naar hem genoemd en in Amsterdam 'eene weldadigheids-vereeniging tot ondersteuning van weduwen en wezen'. Een gedeelte van de Amsterdamse Muidergracht werd volgens sommigen met geld van Montefiore gebouwd en volgens anderen alleen naar hem genoemd.

Hoe het ook zij, het ging om een arbeidersslop, dat ironisch Montefiorepark ging heten. Het vermonteviolenparken was er blijkbaar een alledaags verschijnsel.

Meer in de geest van de filantropische bankier is een ander woord uit het Bargoens, montefioren, dat in tegenstelling tot vermontevioleparken Van Dale nooit heeft gehaald. Het betekent 'uit kameraadschap met minder genoegen nemen'. Een nobele geste die in het curieuze voorbeeld van Endt plaats kan hebben 'wanneer een groep straatmuzikanten, in één café binnenkomend, een andere groep aantreft met plannen voor dezelfde gunstig geachte wijk'.

Sir Moses Haim Montefiore werd stokoud. Op zijn 91ste bezocht hij voor de zevende keer Palestina. Daarna trok hij zich terug op zijn landgoed en op zijn honderdste verjaardag gaf hij een enorm feest. Korte tijd daarop, op 25 juni 1885, stierf hij.

Montefiore overleefde daarmee de veel jongere Arnold Joseph Toynbee [1852-1883], een student uit Oxford die op zijn 23ste 'onder het ontzenuwde proletariaat' in Oost-Londen ging wonen. Toynbee wilde het 'verstandelijk en zedelijk peil des volks' verhogen. Hoewel hij al op z'n 31ste stierf, zag hij kans de Nederlandse taal te verrijken met het begrip toynbeewerk, dat 'ontwikkelingswerk onder het volk' betekent.

De jonge student had in Nederland veel navolgers, dus zonder twijfel zal er onder de sjacheraars van het Amsterdamse Montefiorepark toynbeewerk zijn verricht.