Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Blame

betekenis & definitie

I afkeuren, berispen, laken; who is to blame?, wiens schuld is het?; don’t blame him, ook: ik geef hem geen ongelijk, ik neem t hem niet kwalijk; blame it on him, blame him for it, er hem de schuld

van geven, ’t hem verwijten;

II blaam, berisping, schuld.

< >