Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Advantage

betekenis & definitie

I voordeel; have an advantage over a person, iets op iemand voorhebben; have the advantage of (over) a person, iemand overtreffen; you have the advantage of me, sir, ik ken u niet, meneer; take advantage of, profiteren van; misbruik maken van; bedotten; to advantage, gunstig, voordelig, in een

goed licht;

II bevoordelen, bevorderen.

< >