Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

SIMONSPOLDER

betekenis & definitie

Voormalige polder in Zuid-Beveland, gelegen in het oosten van de huidige → Willem-Annapolder. Graaf Willem V beleende in 1352 zijn neef Simon van Bruëlis met het betreffende schor; Simon gaf het in 1354 ter bedijking uit.

De polder (oppervlakte 66 schotbare gemeten), bedijkt ten oosten en ten zuiden van de oude Biezelingse havengeul tegen de → Brede Watering Bewesten Yerseke, behoorde tot het ambacht Vlake. Hij inundeerde enkele malen en werd in 1756 opgenomen in de in dat jaar bedijkte Willem-Annapolder. De poldernaam leeft nog voort in de Simonshoekaan de oostzijde van die polder.

LITERATUUR

C. Dekker, Zuid-Beveland. Wilderom. Tussen afsluitdammen III, 157.

< >