koninklijke textielfabrieken te Helmond; opgericht in 1772; koninklijk sedert 1951; gedurende vijf a zes generaties in handen van de familie Raymakers; begonnen in Bakel als huisindustrie, later aan de Zuid-Willemsvaart en sedert begin deze eeuw met een nevenvestiging in Gemert. In de bloeijaren van het bedrijf waren er 1500 mensen werkzaam; in de jaren zestig kwam er een grote teruggang in de textiel.
Door samenwerking van Raymakers met Diddens van Asten, de eerste als spinnerij, bont- en veloursweverijen, de tweede als bont- en dekenweverijen, ontstond met medewerking van de overheid in 1978 een nieuwe constructie met vier vennootschappen: J. A. Raymakers spinnerij BV Koninklijke Textielfabrieken; J. A. Raymakers & Co NV (poolweefsels), Raymakers-Didas Verenigde Bontweverijen BV (dekens, geweven en gebreide gordijnstoffen en bontgeweven meubelstoffen) en Raymakers-Didas Verkoop en Administratiekantoor BV nu met zevenhonderd werknemers. In 1979 ontstonden er problemen in de spinnerij, in 1980 kwamen de Verenigde Bontweverijen en de Verkoopafdeling in moeilijkheden totdat er medio 1980 steun van de regering kwam.
Na ontslagen in de diverse takken volgde in juni 1982 surséance van betaling die echter aug. 1983 werd opgeheven. Van de produktie, die is afgestemd op 2 miljoen meter stof per jaar is tachtig procent bestemd voor de export. De aandelen zijn verdeeld over de familie, personeelsfondsen en derden.Bron: Eindhovens Dagblad, 17-9-1983.
