(Oisterwijk 1614-1670), werd Wilhelmiet, van welke orde het eerste klooster in 1245 was gesticht door Wijnand van Basel in ’s-Hertogenbosch. Bogaerts trad jong in, deed op twintigjarige leeftijd zijn professie, studeerde te Leuven; werd in 1652 prior en bleef dat achttien jaar lang in een moeilijke periode.
Bogaerts was o.m. pastoor te Putte, hofkapelaan van de Markiezen van Bergen op Zoom op het kasteel van Wouw. Hij droeg in Putte in de gelagkamer van een herberg de H.Mis op, bouwde er een kapel en in 1659 een kerk, die tot 1769 in gebruik is gebleven; was tevens pastoor van Huijbergen, prior van het klooster aldaar en onderhandelaar, samen met bisschoppen, abten en prelaten. Hij werd in 1656 bovendien provinciaal van de Wilhelmietenorde en prior van het klooster te Beveren. Hij overleed in januari 1670. Zijn portret hangt in het Instituut St.Marie van de Broeders van Huijbergen, die zich later in het verlaten Wilhelmietenklooster vestigden.Bron: De Wilhelmietenorde.
