Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

Gepubliceerd op 22-01-2020

BLOEMBOLLEN

betekenis & definitie

De teelt van B. omvat volgens de landbouwtelling van het Centraal Bureau Statistiek 1955 in Frl. ca. 38 ha (d.i. 0,4 pct. van de Nederlandse opp.). In hoofdzaak late tulpen en gladiolen.

Ook een klein areaal lelies en irissen.Vóór 1933 was de opp. veel groter, maar deze werd sterk ingekrompen door de afzetmoeilijkheden. De pootaardappelteelt remde de 5.-teelt ook. De hoofdgewassen tulp, narcis en hyacint kunnen niet vrij geteeld worden; teler moet theoretische en praktische vakbekwaamheid en enig kapitaal bezitten. De zavel- en lichte kleigronden van de kleibouwstreek zijn zeer geschikt voor de teelt van tulpen, gladiolen en lelies. De B.-teelt op grote en kleine land- en tuinbouwbedrijven over de gehele kleibouwstreek. Enkele tulpenbedrijven liggen in Vrouwbuurtstermolen en Beetgumermolen.

Gladiolenteelt neemt toe (Wonseradeel, Barradeel, Leeuwarderadeel en Ferwerderadeel). De afzet vindt plaats over de F.-veilingen in N. en Z.Holland, op de B.-beurs te Haarlem of via commissionairs. Bij de afdeling Frl. van de Algemene Vereniging voor F.-cultuur zijn de meeste telers aangesloten.

< >