Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Studentenleven

betekenis & definitie

De wijze waarop de studenten van de universiteit hun tijd doorbrachten naast de studie, heeft in de vier eeuwen van het bestaan van de universiteit een grote ontwikkeling doorgemaakt. In de 17de en 18de eeuw was er nog geen sprake van een georganiseerd verenigingsleven.

Er waren wel verbanden van studenten uit een bepaalde streek, de zogenaamde Collegia Nationalia, van onder meer Geldersen, Overijsselaars, Hollanders, Oost-Friezen en Ommelanders. Een echte studentenvereniging met een senaat aan het hoofd en statuten als basis is in 1815 opgericht: het Groningsch Studentencorps Vindicat atque Polit (handhaaft en beschaaft). De sociëteit Mutua Fides aan de Grote Markt was het centrum van het verenigingsleven. Binnen de vereniging ontstonden in de loop van de tijd allerlei subverenigingen en genootschappen op cultureel en sportief gebied.Aan het eind van de 19de eeuw kwamen ook andere verenigingen op, ieder met een eigen onderkomen. In 1898 werd door vrouwelijke studenten Pluvia opgericht; in 1911 werd de naam Magna Pete aangenomen (streeft naar het hogere). In 1970 is deze vrouwelijke studentenvereniging gefuseerd met Vindicat. De rooms-katholieke studenten richtten in 1896 Albertus Magnus op, de gereformeerde studenten in 1899 Veri et Recti Amici (VERA; ware en oprechte vrienden). In 1940 ontstond Unitas, een vereniging met een algemeen karakter, in 1947 Hendrik de Cock als een vereniging van vrijgemaakt-gereformeerde studenten. Later kwam daar nog bij de Gereformeerde Studentenvereniging (GSV).

Vanaf eind jaren ’60 kwamen er meer politiek ingestelde verenigingen. Zo werd in 1968 de Groningse Studentenbond (GSB) opgericht en enige jaren later de Studentenorganisatie Rijksuniversiteit Groningen (Sorug). Andere verenigingen waren Bernlef voor Friese studenten en twee algemene verenigingen: Cleopatra en Dizkartes. Daarnaast zijn er per studierichting en per faculteit verenigingen. Sommige daarvan zijn reeds in de 19de eeuw opgericht.

De universiteit zelf heeft een alumnibureau ingesteld om het contact met oud-studenten te onderhouden.