(Groningen 1822 - Amsterdam 1882)
Nederlands eerste hoogleraar in de medische geschiedenis. Zoon van Hartog Abrahams Israëls en Mathild Salomons Polak, oudere broer van de schilder jozef Israëls. Israëls liet zich in maart 1839 inschrijven aan de Universiteit van Groningen waar hij in maart 1845 promoveerde op een medisch-historisch onderwerp. Wat betreft zijn wetenschappelijke interesse was Israëls sterk beïnvloed door de vijf jaar jongere Groninger medicus Levi Ali Cohen. Omstreeks 1850 verhuisde hij naar Amsterdam waar hij een medische praktijk begon. Israëls bleef daarnaast onderzoek doen en publiceerde vele artikelen.
In 1867 werd hij aan het Amsterdamse Atheneum Illustre benoemd tot lector in de hygiëne en de geschiedenis van de geneeskunde. Nadat het Atheneum was omgevormd tot een Universiteit, verkreeg hij de titel van buitengewoon hoogleraar. Israëls was tijdens zijn Amsterdamse periode lid van veel bestuurlijke commissies op het gebied van de gezondheidszorg en speelde tevens een voorname rol in het bestuur van de Joodse Gemeente Amsterdam. Een overzicht van de door hem gepubliceerde artikelen is te vinden in het Nederlandsch Tijdschrift voor Geneeskunde 28 (1884).
Lit: HS. Hes, Jewish physicians in the Netherlands (Assen 1980) 80-81; H.S. Hes-Swartenberg, ‘Abraham Hartog Israël M.D., 1822-1883. Netherlands first professor in the history of medicine’, New York State journal of medicine (augustus 1979) 1445-1447; E.S. Houwaart, De hygiënisten. Artsen, staat & volksgezondheid in Nederland 1840-1890 (Groningen 1991).