Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

donor

betekenis & definitie

Iemand die een orgaan of weefsel (bloed, sperma, beenmerg) afstaat voor gebruik bij een ander mens (uitspraak: DOO-nor).

Een donor geeft (= doneert) iets, zoals sportclubs en stichtingen donateurs kunnen hebben, die hun geld (donatie) voor het goede doel geeft. Die woorden komen van het Latijnse werkwoord ‘donare’, dat onder andere ‘schenken’ betekent. Als iemand zijn organen (vaak gaat het om iemands nieren en hoornvlies) pas na het overlijden ter beschikking stelt, zou je eigenlijk moeten spreken van een ‘potentiële donor’ oftewel ‘voorlopige schenker/gever’. Want of de organen nog te gebruiken zijn, zal pas blijken na de dood van de persoon.

Kijk ook bij bloedtransfusie, kunstmatige inseminatie.