Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

Gepubliceerd op 13-06-2019

Dorische orde

betekenis & definitie

Meest gebruikte zuilenorde in Griekenland, afkomstig uit de Peloponnesus. Oorspr. uit de houtbouw voortgekomen, in VI v.C. overgenomen in steen. De Grieks-Dorische zuil heeft nooit een basis of ornament.

De hoogte is vier- tot zesmaal de onderdiameter. De schacht kent in de vroege tijd 16, in de bloeitijd (c. 550-338 v.C.) 20 cannelures met een ellipsvormige doorsnede, die scherp tegen elkaar aansluiten. In de bloeitijd vertoonde de schacht van de zuil aan de bovenzijde dicht onder het kapiteel een insnijding, waardoor een hals (hypotrachelion) wordt gevormd.

Het eigenlijke kapiteel bestaat uit de ronde kussenvormige echinus en daarop de vierkante dekplaat of abacus. Van het hoofdgestel is de architraaf steeds vlak, ongeleed en onversierd. Het fries vertoont trigliefen en metopen.De zuilen van de Romeins-Dorische orde hebben wel een basement, zijn slanker en hebben een meer geleed kapiteel.

De Toscaanse orde is een eenvoudige vorm van de Romeins-Dorische orde en heeft een gladde schacht.In renaissance en classicisme is altijd de Romeinse orde nagevolgd. ordere Dorica: 1672 Groningen, A-kerk, preekstoel. In de zogeheten neogrecstijl werden ook Grieks-Dorische zuilen toegepast.