zijn complete leden der kerk in onderscheiding van de gedoopte kinderen, die dan membra incompleta of incomplete leden genoemd worden. Op de vraag of de kinderen des Verbonds leden der kerk zijn antwoordt Amesius, dat ze nog geen membra perfecta d.i. volkomen leden der kerk zijn, maar in beginsel toch wel tot de kerk behooren; en Voetius, dat zij membra incompleta d.i. incomplete leden der kerk zijn, omdat zij in de wedergeboorte wel het beginsel (vermogen) des geloofs kunnen bezitten, maar nog niet tot de daad des geloofs en de actueele bekeering zijn gekomen.
Membra completa daarentegen zijn die leden der kerk, die niet alleen gedoopt zijn, maar ook tot belijdenis des geloofs gekomen zijn en tot het Heilig Avondmaal zijn toegelaten. Zie „Advies inzake kerkelijke tucht over zoogenaamde Doopleden”, in Kerkelijke Adviezen door Dr F.
L. Rutgers, II, blzz. 88—98.