Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Stutterheim

betekenis & definitie

Lodewijk Philippus (‘Louis’); geb. Rotterdam 15 augustus 1873, overl.

Gouda 23 november 1943. Woonde en werkte in Rotterdam, Den Haag, in 1912 naar Java, in 1914 naar Philadelphia, in 1916 Nederland, Utrecht, Zuilen, Amsterdam, Hilversum 1924-1942, ’s-Graveland van 1942 af. Was eerst op een handelskantoor te Rotterdam, toen in Den Haag, begon in 1904 voorgoed te schilderen. Leerling van de Akademie v.B.K. te Rotterdam olv. J. Striening en A. H. R. van Maasdijk, daarna korte tijd leerling van de Haagse Tekenakademie. Is van 1889 tot 1893 leerling van J. A. B. Stroebel geweest. Schilderde en tekende landschappen en zeegezichten (de Noordzee). Gaf les aan J. Hendriks en G. van Velsen. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam en van enkele Gooise schildersverenigingen.

H. H. van Calker: ‘In het atelier van den schilder’ (bldz. 206-211), Amsterdam 1941. Luns; Mak van Waay; Scheen 1970.

< >