Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Schagen, van

betekenis & definitie

Gerbrand Frederik; geb. Den Haag 7 maart 1880, overl.

Laren (N.H.) 4 oktober 1968. Woonde en werkte in Den Haag; sinds 1918 in Laren (N.H). Werkte veel in ’t Gooi, Zuid-Holland, West-Friesland, Zuid-Limburg enz. Leerling van W. L. Bruckman, van de Akademie v.

B.K. in Den Haag o.l.v. A. van den Berg en W. B. van Horssen, later les van W. B. Tholen. Begon als huis- en dekoratieschilder, tot ca. 1911, later geheel en al zelfstandig kunstschilder.

Schilderde, aquarelleerde en tekende (pen) voortreffelijke landschappen, aanvankelijk in de trant van de Haagse School, naderhand in eigen impressionistische stijl. Vooral polders, dorpsgezichten, plassen, havens en stadsgezichten. Was ook restaurateur van schilderijen (volgde een geheel eigen methode). Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ en ‘St. Lucas’ te Amsterdam en van de Gooise Schildersvereniging.LAREN (N.H.) -Singer Museum: opkomende maan (1936); Parijs (1936); polderlandschap; het dorp Kortenhoef; strandgezicht (bruikleen). NIJMEGEN Commanderie van St. Jan: landschap bij Groesbeek (1942). Rijkscollectie: zandafgraverij; kustlandschap.

H. H. van Calker: ‘In het atelier van den schilder’ (bldz. 168-174), Amsterdam 1941. Luns; Mak van Waay; Scheen 1970.