Wilhelmina Cornelia (‘Wilhelmina); geb. Amsterdam 10 oktober 1880, overl.
Oosterbeek 2 april 1966. Woonde en werkte in Amsterdam tot 1939, Ede 1939-1940, Wageningen 1940-1950, Renkum 1950-1960, daarna in Oosterbeek. Leerlinge van de Rijksnormaalschool te Amsterdam (1897-1900), van de Rijksschool voor Kunstnijverheid (1898-1900) o.l.v. J. L. M.
Lauweriks, K. P. C. de Bazel en Walenkamp, daarna van de Rijksakademie te Amsterdam (1902-1906) o.l.v. P. Dupont en N. van der Waay (behaalde M.O. tekenen). Schilderde en tekende landschappen, stillevens, portretten, naakten enz.
Tekende, lithografeerde en etste boekillustraties, kalenders enz. Verkreeg in 1906 de koninklijke subsidie. Lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. Elsevier XLVII, 1914 (Kroniek).Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1969; Van Hall I; Waller.