Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Bremmer

betekenis & definitie

Dr Hendricus Petrus; geb. Leiden 17 mei 1871, overl.

Den Haag 10 januari 1956. Woonde en werkte in Leiden, van 1895 af in Den Haag. Schilderde en tekende landschappen (riviergezichten), stadsgezichten en bloemstillevens. Was echter meer kunsthistoricus en kunstkriticus. Spreker en schrijver over kunst. Gaf les aan zijn zoon R.

Bremmer en aan A. W. E. M. Egters van Wissekerke, B. J.

R. van Hasselt, Fj. G. M. van Hettinga Tromp, S. van Heukelom, A. A. van Hoytema, jkvr. M. L. van Holthe tot Echten, S.

E. Kneppelhout, C. J. Pabst, jhr Ch. H. de Stuers, A. C.

P. Toorop; gaf raadgevingen aan L. A. van Blommenstein ,J. P. C. A.

Koster, J. Lodeizen, W. H. Mühlstaff, dr J. Nieweg, J. E. Siewertsz van Reesema.HEINO -Stichting Hannema-De Stuers: grafisch werk (litho’s) LEIDEN -Stedelijk Museum De Lakenhal: stilleven (gem. H. P. B. Nov. 1894); stilleven met stallantaarn (gem. H.

P. B. 1895). OTTERLO -Rijksmuseum Kröller-Müller: stilleven met lantaarn (1893); stilleven (1896); dennebomen (1912); 43 aquarellen en tekeningen, nl. landschappen, architectuur en stillevens. ROTTERDAM Museum Boymans-van Beuningen: Wapenvelde (litho).


J. M. Joosten: ‘De Leidse tijd van H. P. Bremmer’ Leids Jaarboekje 1970 (bldz. 79-115). Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1969; Van Hall port.

< >