heet de vader van de apostelen Jacobus en Johannes, zijn vrouw was Salome. Z. was, met zijn zonen, visser op de zee van Galilea.
Hij kan niet onbemiddeld zijn geweest, daar hij misschien meer dan één schip bezat en zeker arbeiders in zijn dienst had, Matt. 4 : 21, 22; Marc. 1 : 19, 20.