voluit Johannes Marcus, is de naam van een Jood, later Jodenchristen te Jeruzalem. Nu M. de neef van Barnabas heet, die een Leviet was, Col. 4 : 10; Hand. 4 : 36, is het niet onmogelijk, dat ook M.
Leviet is geweest. Naar de algemene opvatting is hij bedoeld in het 2e evangelie 14 ; 51, 52 met de jongeling, die een laken om het naakte lichaam geslagen had en toen hij gegrepen werd, naakt vluchtte. Het laatste avondmaal is naar alle waarschijnlijkheid gehouden in het huis van Maria, de moeder van M., die een niet onbemiddelde vrouw moet zijn geweest. Haar huis is later het middelpunt van de gemeente te Jeruzalem; Petrus ging er heen, toen hij uit de gevangenis was bevrijd, Hand. 12 : 12. Johannes M. werd door Barnabas en Silas meegenomen op de 1e zendingsreis, Hand. 13 : 5. M. kreeg er echter spoedig genoeg van, en keerde bij Perge in Pamphylië terug, Hand. 13 : 13. Toen Paulus de 2e zendingsreis ging aanvaarden, wilde Barnabas ook M. weer meenemen. Paulus had daar bezwaar tegen en koos Silas als metgezel, terwijl Barnabas met M. naar Cyprus toog, Hand. 15 : 36 v. Later is de goede verhouding tussen Paulus en M. hersteld, als Paulus te Rome is, is M. bij hem, Col. 4 : 10; Philem. : 24. En als Paulus voor de tweede maal te Rome gevangen zit, verzoekt Paulus Timotheüs om M. mee te brengen, aangezien de apostel hem goed kan gebruiken, 2 Tim. 4 : 11. Nog later vinden we M., die misschien op Paulus verzoek naar Rome is gekomen, bij Petrus te Rome, 1 Petr. 5 : 13, hetgeen van belang is voor het schrijven van het 2e evangelie. Van het latere leven en werk van M is ons niets bekend. Latere niet al te betrouwbare berichten maken M. bisschop van Alexandrië en Venetie.