Wat is de betekenis van ZOETEKAUW?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zoetekauw

zoetekauw - Zelfstandignaamwoord 1. iemand met een grote voorliefde voor zoete waar Oh, die zoetekauw zal dat best lusten. Woordherkomst samenstelling van zoet en kauw(werkwoord) met het invoegsel -e-

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Zoetekauw

s., swietekau.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zoetekauw

m. en v. (-en), persoon die veel van zoetigheden houdt.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zoetekauw

m. en v. zoetekauwen (iem., die graag wat zoets eet).

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zoetekauw

(‘zoetəkouw) m. en v. (-en) persoon die graag zoetigheden kauwt, eet.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zoetekauw

, v./m. (-en), persoon die veel van zoetigheden houdt.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

ZOETEKAUW

ZOETEKAUW, m. en v. (-en), persoon die veel van zoetigheden houdt; ...KERS, v. (-en), zeker gewas; ...KLAVER, v. zeker gewas; ...KOEK. v. koek, zoet van smaak, inz. peperkoek; (fig.) moet ik alles voor zoetekoek opeten ?, moet ik mij dit alles laten welgevallen ?

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)