Wat is de betekenis van ZELFVERLOOCHENING?

2024-04-29
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

ZELFVERLOOCHENING

is een door Christus in Marc. 8 ; 34 gestelde eis voor wie zijn volgeling wil zijn. Zichzelf verloochenen is in de evangelische context: voor Christus en het Evangelie alles, zelfs zijn leven prijsgeven (Marc. 8 : 35), zich niet schamen voor Christus en zijn woorden (Marc. 8 : 38), Christus ten koste van alles, zelfs zijn leven, belijden. De oorspr...

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zelfverloochening

v., het verloochenen van eigen belangen of gevoelens ten gunste van anderen : volkomen priesterschap / alleen voor ’t heilige blakend, in zelfverloochening zijn hoogste weelde smakend (Potgieter).

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zelfverloochening

v. (het achterstellen van eigen belangen of eigen overtuiging bij die van anderen, het zich zelf allerlei ontzeggen, ongelijk verdragen enz.; zelfopoffering).

2024-04-29
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Zelfverloochening

de deugd, welke allereerst gevorderd wordt om de liefde tot God en den naaste te kunnen beoefenen. Eigenlijk een vorm van liefde tot God en den naaste, waarbij men zichzelf als doel zijner neigingen uitschakelt en opoffert om slechts bedacht te zijn op de eer van God en het heil van den naaste. Zij wordt geëischt, omdat onze natuur tot het teg...

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zelfverloochening

v. het zichzelf verloochenen, het achterstellen van eigen belang of overtuiging bij die van anderen.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zelfverloochening

v., het opzijzetten van eigen belang bij dat van anderen; zelfopoffering.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)