Wat is de betekenis van zeeforel?

...

v. (-len), schotzalm, zalmachtige vis (Trutta of Salmo trutta) die men in onze rivieren vangt.

migrerende roofvis. zalmachtige roofvis die wordt geboren in zoet water, naar zee migreert als hij volwassen is en weer terugkeert naar zoet water om daar te paaien. In toepassing op de soort of een exemplaar van de soort. Voorbeelden: Vooral bij windstil weer en helder water waren de zeeforellen goed te observeren vanaf de ka...

zeeforel - Zelfstandignaamwoord 1. (voeding) (vissen) Salmo trutta (var. trutta), de vorm van de forel die vanuit de zee de rivieren optrekt om te paaien ♢ De zeeforel en de beekforel horen tot dezelfde soort, maar voeren een ander leven. Woordherkomst samenstelling van zee en forel

Schotzalm. Een kleine zalmsoort, welke in onze rivieren gevangen wordt. Al naar de grootte brengt ze 2—7 gld. het stuk op. De forellen, die men in beken teelt, zijn van dezelfde soort.

of schotzalm, ➝ Forel.

Zeeforel - Trutta trutta, ook schotje of schotzalm genoemd, visch uit de familie der Zalmachtigen (Salmonidae), lichaam eenigszins gedrongen, bijna rond met tamelijk gestrekten snuit. Als Salmonide herkenbaar aan de vetvin op den rug boven de anaalvin. Op de voorste plaat van het ploegschaarbeen, evenals bij de beekforel, een dwarsrij van 4—5 tande...

v./m. (-len), →schotje.