wijsmaken
wijsmaken - Werkwoord 1. (ov) iemand iets ~ in de waan brengen, een onwaarheid doen geloven ♢ Ze hadden hem wijsgemaakt dat het allemaal per ongeluk gebeurd was. Woordherkomst samenstelling van wijs en maken
Wiktionary (2019)
wijsmaken - Werkwoord 1. (ov) iemand iets ~ in de waan brengen, een onwaarheid doen geloven ♢ Ze hadden hem wijsgemaakt dat het allemaal per ongeluk gebeurd was. Woordherkomst samenstelling van wijs en maken
Muiswerk Educatief (2017)
wijsmaken - regelmatig werkwoord uitspraak: wijs-ma-ken 1. ervoor zorgen dat hij het gelooft, terwijl het niet waar is ♢ Edmond heeft mij wijsgemaakt dat ik een prijs gewonnen heb Regelmatig werkwoord: wijs-ma-ken ik...
Walter De Clerck (1981)
(Iem. iets) duidelijk maken, aan het verstand brengen. Opm.: In de standaardt. wel in de bet.: (iem. iets) doen geloven, op de mouw spelden; (wederk.) zich inbeelden.
Fa. A.J. Osinga (1952)
v., wysmeitsje; zich iets laten —, jin eat oanprate litte; zich niets laten —, jin gjin earen oan ’e kop naeije litte.
Van Dale Uitgevers (1950)
(maakte wijs, heeft wijsgemaakt), 1. doen geloven, op de mouw spelden : men kan hem alles wijsmaken ; 2. (Zuidn.) iem. iets wijsmaken, duidelijk maken, aan het verstand brengen.
M. J. Koenen's (1937)
maakte wijs, h. wijsgemaakt (op de mouw spelden): iem. iets wijsmaken, ik laat me niets wijsmaken, ik weet wel beter.
Jozef Verschueren (1930)
('wijs) (maakte wijs, heeft wijsgemaakt) doen geloven, op de mouw spelden : iemand iets -; zichzelf wat -; dat maak je hem niet wijs, hij weet wel beter. →: gans, ootje.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(maakte wijs, heeft wijsgemaakt), doen geloven, op de mouw spelden: men kan hem alles zich wijsmaken, zich inbeelden, doen alsof iets zo is, hoewel men beter weet of kan weten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: