Wat is de betekenis van wereldbol?

2024-03-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

wereldbol

(1992) (sch.) bijnaam van de populaire Taunus 12 M. In 1952 verschenen en gekenmerkt door de wereldbol vooraan op de auto. In België was zijn bijnaam 'banaan'. • (Wouter Schoonman: Autotaal. Over geld, sex, macht en status. 1992) • Even nog wat meer volslagen irrelevante info;) de hele serie 12M, 15M enz…. had in Nederland de...

2024-03-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

wereldbol

wereldbol - Zelfstandignaamwoord 1. een kaart van het oppervlak van de aarde in de vorm van een bol Op de tafel stond een wereldbol. 2. (informeel) de wereld zelf Er zijn maar een paar mensen op de hele wereldbol die een wereldrecord neerzetten....

2024-03-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

wereldbol

wereldbol - zelfstandig naamwoord uitspraak: we-reld-bol 1. nagemaakte wereldbol waar je landen en werelddelen op kunt zien ♢ Carlo heeft een wereldbol op zijn bureau 2. de aarde in de vorm van een bol, waarop wij leven...

2024-03-19
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

wereldbol

zie: aardglobe.

2024-03-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

wêreldbol

aardbol wêreldburger, iem. wat die wêreld as sy vaderland beskou.

2024-03-19
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Wereldbol

m. (-len), aardbol; — aardglobe.

2024-03-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

wereldbol

m. wereldbollen (aardbol, ook, aardglobe).

2024-03-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

wereldbol

('we:rəld) m. (-len) 1. aardbol. 2. globe.

2024-03-19
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Wereldbol

Wereldbol - (wapenk.), bol somtijds van een andere kleur omgord, d. i. omgeven van een dwarsen band geheel en van een verticalen ter halverwege, en gekruist, ’t geen gezegd wordt van het kruis op den top.

2024-03-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Wereldbol

m. (-len), 1. aardbol; 2. aardglobe.