Wenschen
van den Idg. wt. wen = aangenaam zijn, behagen (zie Wonen); het woord w. d. z.: hopen, dat iemand iets aangenaams bekomt.
J.Pluim (1911)
van den Idg. wt. wen = aangenaam zijn, behagen (zie Wonen); het woord w. d. z.: hopen, dat iemand iets aangenaams bekomt.
J.H. van Dale (1898)
WENSCHEN, (wenschte, heeft gewenscht), een wensch koesteren, te kennen geven: wenschen rijk te zijn; wat wenscht gij?; — begeeren, verlangen : ik wensch naar rust; er blijft nog veel te wenschen over, het is verre van volmaakt ; — toebidden: iem. goeden morgen wenschen; iem. geluk, gezondheid, een prettigen zomer wenschen; — (ta...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: