wekelijk
wekelijk - Bijvoeglijk naamwoord 1. pafferig 2. wekelijks Woordherkomst afgeleid van week met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
Wiktionary (2019)
wekelijk - Bijvoeglijk naamwoord 1. pafferig 2. wekelijks Woordherkomst afgeleid van week met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
Jozef Verschueren (1930)
('we:kələk) bn. en bw. (–er, –st) 1. enigszins week : een – gestel. 2. teder : een – gemoed. 3. verwijfd : –e zeden. wekelijks ('we:kələks) I. bw. 1. iedere week : 60 gulden verdienen. 2. eens per week : samenkomen. II. bn. 1 . per week uitbetaald : een loon. 2. iedere week plaats hebbend of verschi...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: