Wat is de betekenis van watervogel?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

watervogel

vogel die langs water leeft. vogel die langs water leeft en in de regel herkenbaar is aan vliezen tussen de tenen om te zwemmen of aan lange of kortere steltpoten om te waden. Voorbeelden: De ruggengraat van de tellingen zijn de 'monitoringgebieden' die maandelijks worden onderzocht. Ze bestaan grotendeels uit Rijkswateren...

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Watervogel

s., wetterfûgel.

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Watervogel

m. (-s), alg. naam voor op of bij het water levende vogels ; zwemvogel.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

watervogel

m. watervogels (vogelsoort met meestal korte poten en zwemvliezen tussen de tenen, zwemvogel; ook: vogel, die zich bij het water ophoudt).

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

watervogel

('wa:tər) m. (-s) vogel met zwemvliezen aan de poten, die in en bij het water leeft.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)