Wat is de betekenis van Voorzichtigheid?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

voorzichtigheid

voorzichtigheid - Zelfstandignaamwoord 1. het voorzichtig zijn Woordherkomst Afleiding van voorzichtig met het achtervoegsel -heid.

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

voorzichtigheid

voorzichtigheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: voor-zich-tig-heid 1. het zorgen dat er geen ongelukken gebeuren ♢ met grote voorzichtigheid zette hij de vaas op de kast Zelfstandig naamwoord: voor-zich-tig-heid d...

2024-04-27
Basisboek Bedrijfseconomie

Drs. Wim Koetzier & Drs. Rien Brouwers (2015)

Voorzichtigheid

Winsten worden pas genomen als ze gerealiseerd zijn en verliezen zodra ze geconstateerd worden.

2024-04-27
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

VOORZICHTIGHEID

God heeft de mens als een vrij wezen toevertrouwd aan zijn eigen leiding (Eccli. 15 : 14). Deze leiding betekent voor hem een zedelijke taak: hij heeft de plicht zijn handelen op verantwoorde wijze te leiden. Voor zover dit de bepaling van het concrete zedelijk goede betreft, wordt de mens blijvend op een zedelijk goede leiding gericht door de deug...

2024-04-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Voorzichtigheid

s., foarsichtigens, mijenens, hoedenens.

2024-04-27
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Voorzichtigheid

v., behoedzaamheid, omzichtigheid ; (spr.) voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

voorzichtigheid

v.; het voorzichtig-zijn; behoedzaamheid: voorzichtigheid is de moeder der wijsheid (of: der porseleinkast), doet de wijsheid ontstaan (of: houdt het porseleingoed heel); met voorzichtigheid te werk gaan.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Voorzichtigheid

(Lat. prudentia, in oudere ordesregels discretio), de eerste der vier ➝ kardinale deugden, is een vervolmakende gesteltenis van het practisch verstand; haar onmiddellijke zetel is dus niet het streefvermogen, maar het redelijk kenvermogen. Zij is: de juiste redemaatstaf van handelen. De rede geeft in haar oordeelen aan, hoe gehandeld moet worden, n...