Vleet
v. (vleten), 1. geheel van uitgeschoten haringnetten van een schuit, 90 tot 150 netten elk van 31,5 m lengte, door breels drijvende gehouden en als een gordijn in ’t water staand ; 2. zoveel als men vangt met een vleet; meest, oneig., grote menigte die niet geteld wordt : garnalen koopt men bij de vleet; — hij heeft gel...