Wat is de betekenis van VERGADEREN?

2025-04-29
*PREMIUM* Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vergaderen

(vergaderde, heeft en is vergaderd), 1. (overg.) bijeenzamelen, -brengen, verzamelen: schatten vergaderen ; Ik zal hen vergaderen van de zijden der aarde (Jer. 31 : 8); — tot zijn vaderen vergaderd worden, sterven ; 2. (onoverg.) bijeenkomen: tot Hem vergaderden vele scharen (Matth. 13 : 2); waar twee of drie vergaderd zi...

2025-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

vergaderen

(1500, vero.) (euf.) geslachtsgemeenschap hebben, copuleren, neuken*. Vermeld in het WNT.

2025-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

vergaderen

vergaderen - Werkwoord 1. (inerg) in vergadering bijeenkomen, een vergadering bijwonen We moeten nog een tijdstip afspreken om volgende week te vergaderen. Woordherkomst Afgeleid van het verouderde werkwoord gaderen met het voorvoegsel ver-

2025-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

vergaderen

vergaderen - regelmatig werkwoord uitspraak: ver-ga-de-ren 1. bij elkaar komen om te praten en beslissingen te nemen ♢ het bestuur vergadert elke vrijdag Regelmatig werkwoord: ver-ga-de-ren ik vergader ...

2025-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Vergaderen

v., forgearje; (samenkomen) gearkomme; (samenbrengen), gearbringe.

2025-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2025-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vergaderen

vergaderde, h. (1, 2), i. (2) vergaderd (te gader 1 brengen, 2 komen): 1 schatten vergaderen; 2 het gezelschap is vergaderd; de gemeenteraad zal vergaderen.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vergaderen

(vər'ga:dərən) (vergaderde, vergaderd) 1. (heeft) te gader brengen, bijeenbrengen : schatten -. → vader. Syn. verzamelen. 2. (heeft en is) te gader komen, bijeenkomen : de gemeenteraad zal vandaag -.