Wat is de betekenis van Verboemelen?

2024-04-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

verboemelen

(19e eeuw) (oorspr. stud.) zijn tijd met uitgaan en feesten (boemelen) doorbrengen. • Zo suggereren zij dat wij onze toch al tot 15 maanden verkorte studietijd verboemelen en als halfbakken onderwijzers op de markt zullen komen. (Het vrije volk, 10/12/1955) • Verdient het geen aanbeveling dat studenten, die hun tijd verboemelen en geen,...

2024-04-27
Jargon & Slang van Studenten

Marc De Coster (2017)

Verboemelen

Verboemelen - zn tijd verboemelen: niet studeren. Zie boemelen.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Verboemelen

(verboemelde, heeft verboemeld), met boemelen door- of zoek brengen : — er verboemeld uit zien, als iem. die te veel geboemeld heeft; een verboemelde student.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

verboemelen

(vər'boemələn) (verboemelde, heeft verboemeld) 1. door boemelen zich vergooien : hij ziet er verboemeld uit. 2. door boemelen verbruiken : zijn goed –.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)