Wat is de betekenis van Vaardigheid?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

vaardigheid

vaardigheid - Zelfstandignaamwoord 1. het vermogen om een handeling bekwaam uit te voeren of een probleem juist op te lossen Zij heeft de vaardigheid goed met kinderen om te kunnen gaan. Woordherkomst Afgeleid van vaardig met het achtervoegsel -heid. Verwante begrippen bekw...

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

vaardigheid

vaardigheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: vaar-dig-heid 1. hoe goed of hoe snel je iets kunt ♢ zij heeft een grote typevaardigheid 2. vermogen om handelingen bekwaam uit te voeren of problemen op te lossen ...

2024-03-29
Cito's toetstechnische begrippenlijst

Cito (2016)

Vaardigheid

De term vaardigheid wordt in verschillende betekenissen gebruikt: 1. (Eng. SKILLS) Bekwaamheid in het uitvoeren van bepaalde handelingen en mentale operaties. Deze betekenis heeft de term als men een onderscheid wil maken met kennis in beperktere zin, bijvoorbeeld in de uitdrukking 'kennis en vaardigheden'. 'Vaardigheden' is hier min of meer syn...

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Vaardigheid

s., feardigens, birettens, tûkens; ergensin bezitten, earne yn biriden wêze.

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Vaardigheid

v., 1. vlugheid, gezwindheid: vaardigheid van begrip, van geest; 2. (...heden) behendigheid, bekwaamheid, handigheid: vaardigheid in het schrijven; technische vaardigheden; — (muz.) bedrevenheid in het uitvoeren van een muziekstuk op een instrument.

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

vaardigheid

v.: iets met vaardigheid in orde brengen; zijn vaardigheid tonen in.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

vaardigheid

v. bereidheid, behendigheid, gemak, vlugheid.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Vaardigheid

v., 1. vlugheid, gezwindheid: van begrip, van geest; 2. (-heden), behendigheid, bekwaamheid, handigheid.