Wat is de betekenis van Uitgevloerd?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

uitgevloerd

(1966) (inf.) totaal uitgeput, aan het eind van zijn krachten. • Uitgevloerd? Voelt U zich 's avonds zo lamgeslagen, dat u ’t liefst naar bed zou willen gaan? (advertentie in Het Parool, 21/01/1966) • In de kamer naast hem hoorde hij de zware ademhaling van Jantje. Uitgevloerd, dacht de soldaat ... (Jan Schilt: Soldaatje spelen ond...

2024-04-29
Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Uitgevloerd

Uitgevloerd - uitgepierd. Afkomstig van vloeren = sportterm voor verslaan.

2024-04-29
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

uitgevloerd

uitgevloerd: alle krachten opgebruikt, volledig stukzitten.

2024-04-29
Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

uitgevloerd

Totaal uitgeput. ‘Ik eindigde in de kopgroep maar dan volledig uitgevloerd.’ Afkomstig van ‘vloeren’, een sportterm voor verslaan. Reeds opgetekend in de jaren zestig van vorige eeuw. Vgl. Frans: être tordu; être cuit; être dans le dur; être lessivé; être a la ramasse; être a ramasser a la petite cuillère. Engels: to have the sags; to take a pack....

2024-04-29
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Uitgevloerd

totaal uitgeput, aan het eind van zijn krachten. Oorspr. een sportuitdr. In de kamer naast hem hoorde hij de zware ademhaling van Jantje. Uitgevloerd, dacht de soldaat ... (Jan Schilt: Soldaatje spelen onder de smaragden gordel, 1969) Albert zit er uitgevloerd bij. (Nieuwe Revu, 05/12/91)

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten