Wat is de betekenis van uit de boot vallen?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

uit de boot vallen

buiten de groep vallen van diegenen die van iets zoals een recht, een gunst e.d. kunnen genieten. Voorbeelden: Een Ensor en Van Gogh kunnen desnoods met jaren vertraging door de grote massa nog begrepen en genoten worden, maar wie vandaag de kunstontwikkelingen niet op de voet volgt, zich niet dokumenteert en niet bereid is mee het wi...

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

uit de boot vallen

(1966) (pol.) stemmen tegen de rest van de fractie in het parlement; niet meedoen met de anderen. • Twee leden van regeringsgezinde fracties konden daardoor zonder risico’s voor het wetsontwerp 'uit de boot vallen' zoals stemmen tegen de rest van de fractie in het parlementaire bargoens wordt genoemd. (Leeuwarder Cou...

2024-04-25
Lexicon Nederlandstalige gezegden

Wikiquote (2020)

Uit de boot vallen

een eigen gang gaan

2024-04-25
Spreekwoorden en gezegden

F. Stoett (1977)

Uit de boot vallen

onderweg het gezelschap moeten verlaten, niet meer mee (kunnen) doen, niet meer van de partij zijn. Eveneens een jonge uitdrukking, ontstaan wsch. met gedachte aan een spelevaart waarbij een van het gezelschap onvoorziens over boord valt. Mogelijk is er verband met de oudere, tegengestelde uitdrukking iemand in zijn boot krijgen, hem voor zich, voo...

2024-04-25
Nederlandse spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

F.A. Stoett

Uit de boot vallen

onderweg het gezelschap moeten verlaten, niet meer mee (kunnen) doen, niet meer van de partij zijn. Eveneens een jonge uitdrukking, ontstaan wsch. met gedachte aan een spelevaart waarbij een van het gezelschap onvoorziens over boord valt. Mogelijk is er verband met de oudere, tegengestelde uitdrukking iemand in zijn boot krijgen, hem voor zich, voo...