Wat is de betekenis van tuil?

2024-04-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

tuil

Het begrip tuil heeft 2 verschillende betekenissen: 1) boeket. sierstuk van fraai geschikte en tot een bos samengebonden snijbloemen, vaak vermengd met allerlei groen ter versiering, dat wat de omvang betreft geschikt is om in de hand gedragen te worden; boeket. 2) trosvormige bloeiwijze. trosvormige en bovenaan platte bloeiwijze.

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tuil

tuil - Zelfstandignaamwoord 1. bos bloemen Met de linkerhand legt zij een bloementuil op het graf; in de rechterhand houdt zij een roos en met de rechterarm houdt zij nog een tuil voor haar borst. 2. (verouderd) bloemenslinger of bloemenkrans in het haar, vooral gedragen door bruiden ...

2024-04-26
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

tuil

bos blomme, ruiker.

2024-04-26
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Tuil

is een pluimvormige bloeiwijze, waarbij echter de lengte van de opeenvolgende vertakkingen dusdanig is, dat de bloemen ongeveer in één vlak komen te liggen; b.v. duizendblad.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tuil

I. m. (-en), in de veroud. uitdr.: iem. op de tuil houden, hem bedotten. II. m. (-en), 1. bundel bijeengebonden bloemen, ruiker: een tuil seringen. 2. (plantk.) trosvormige bloeiwïjze waarvan de onderste stelen langer dan de bovenste zijn, zodat de bloemen ongeveer op dezelfde hoogte staan.

2024-04-26
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Tuil

bloeiwijze van een plant, waarbij de hoofdas vertakt is evenals de zijassen ; daarbij zijn de onderste zijassen langer dan de bovenste, zodat de bloemen in een vlak scherm komen te liggen. Vb. vlier.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

tuil

I. m. -en, tuiltje; gril; jokkernij: iem. op de tuil houden, voor de gek; vero. II. m. -en, tuiltje; 1. ruiker: een tuiltje viooltjes; 2. trosvormige bloeiwijze: bij de tuil zijn de onderste bloemstelen langer dan de bovenste, de bloemen staan ongeveer op dezelfde hoogte.

2024-04-26
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Tuil

Bloemruiker. In de plantkunde is een tuil een samengesteld scherm: dat is een bloeiwijze (een, iak zonder stengelbladen, met veel bloemen bij elkaar), waarbij de bloemen aan zijassen op een korte spil zitten. De onderste zijassen zijn lang, waardoor de bloemen in één vlak komen te staan en een scherm vormen. Het bijzondere van een tui...

Wil je toegang tot alle 19 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Tuil

(plantk.), 1° Naam voor een middelpuntzoekend bloemstelsel, dat bestaat uit een hoofdas en een aantal zijtakken, die op verschillende hoogte aan de hoofdas ontspringen en die zich weer verder vertakken. De bloemen, die aan de fijnste vertakkingen ontstaan, liggen bij den t. in tegenstelling met de pluim in een plat vlak, bijv. vlier. Melsen....