trumeau
trumeau - Zelfstandignaamwoord 1. (bouwkunde) een middenpilaar of middenpijler in een brede deurpartij ♢ Een trumeau is vaak bij het portaal van een kerk of kathedraal aan te treffen.
Wiktionary (2019)
trumeau - Zelfstandignaamwoord 1. (bouwkunde) een middenpilaar of middenpijler in een brede deurpartij ♢ Een trumeau is vaak bij het portaal van een kerk of kathedraal aan te treffen.
Jan Durdik en anderen (1970)
(Fr.), eigenlijk de ruimte tussen twee vensters, een dam. Gaat over op de afzonderlijke vakken van een betimmering: die tussen twee vensters, maar ook die boven de schoorsteen. Hoewel het paneel met allerlei materiaal gevuld kan zijn, wordt het woord vooral gebruikt voor vakken met rijk gesneden lijstwerk, waarbinnen een spiegel. De term wordt hier...
Van Dale Uitgevers (1950)
(Fr.), m. (-’s), 1. muurvak tussen twee vensters. 2. spiegel die een vak als onder 1. geheel bedekt, penantspiegel. 3. penanttafeltje.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: