Wat is de betekenis van timocratie?

timocratie - Zelfstandignaamwoord 1. staatsinrichting, waarbij de politieke rechten van de burgers recht evenredig zijn met de vermogensklasse waartoe zij behoren Woordherkomst afgeleid van het Griekse τιμη 'timè' (waarde) met het achtervoegsel -cratie

[v. Gr. timokratia = staatsinrichting die op de eer of op de belastingaanslag berust; van timè = prijs, waardering, eer, en kratein = machtig zijn, heersen] heerschappij van de bezittende klasse, republikeinse staatsinrichting waarbij het bezit van een bepaald groot vermogen aandeel en stem in het staatsbestuur geeft.

staatsinrichting waarbij een bepaald vermogen recht geeft op medezeggenschap

republikeinse regeringsvorm, die macht geeft aan vermogenden, geldregering

(<Gr. timos, prijs, schatting), v., staatsinrichting, zoals b.v. in de wetgeving van Solon. waarbij een bepaald vermogen zitting en stem in het staatsbestuur verleent.

vorm van staatsbestuur, waarbij rechten en plichten van de staatsburger worden geregeld op grond van zijn bezittingen en inkomsten (bv. wetgeving van Solon te Athene).

v. republikeinse staatsinrichting, bij welke een bepaald vermogen zitting en stem i. d. regering verleent; heerschappij van de bezitters.

v. timocratieën (Gr. timos = schatting, eer: republikeins staatsbestuur, waarbij een bepaald vermogen recht geeft op staats- en ereambten; geldregering; ook: staatsbestuur, waarvan het grondbeginsel politieke eerzucht is).

geldregeering, republikeinsch staatsbestuur, waarbij aan burgers m/e bepaald vermogen het recht wordt toegekend op staats- en ecreambten.