timmerwerk
timmerwerk - zelfstandig naamwoord uitspraak: tim-mer-werk 1. wat door timmeren gemaakt is ♢ deze boomhut is een knap staaltje timmerwerk 2. het timmeren ♢ van timmerwerk word je behoorlijk moe...
Muiswerk Educatief (2017)
timmerwerk - zelfstandig naamwoord uitspraak: tim-mer-werk 1. wat door timmeren gemaakt is ♢ deze boomhut is een knap staaltje timmerwerk 2. het timmeren ♢ van timmerwerk word je behoorlijk moe...
Van Dale Uitgevers (1950)
o., 1. (coll.) wat door timmeren tot stand komt: machinaal timmerwerk; 2. de bezigheid van timmeren: hij heeft plezier in timmerwerk.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
Constructie-werk in hout, waarbij voor de verbindingen gebruik wordt gemaakt van staafvormige hulpmiddelen (houten pennen, draadnagels en spijkers, ook bouten en schroeven). Het timmeren is wellicht het meest gangbare handwerk geweest, toegepast bij het bouwen en inrichten van huizen, voor het maken van vele werktuigen en grovere meubelen, voor het...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: