tijdigheid
het op tijd zijn. toestand of eigenschap dat iets op tijd is; het plaatsvinden, voorkomen of verricht worden van iets op een tijdstip waarop er nog tijd is of het laatst mogelijke moment nog niet is overschreden; het plaatsvinden e.d. vooraleer het te laat is; het op tijd zijn. Voorbeelden: Terecht kan men zich vragen stellen bij de...