Terzijde
I. bw., 1. (in verband met een beweging) naar opzij, naar en tot aan de buitenkant: de stier stormde langs de terzijde gesprongen torero ; terzijde leggen, (ook) sparen, reserveren; terzijde schuiven, stellen, als kopp. ook aaneengeschreven; 2. (in verband met een rust) aan de zijde, de zijkant, aan de buitenkant: terzijde tegenover de ingang ston...