Wat is de betekenis van tederheid?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

tederheid

tederheid - Zelfstandignaamwoord 1. het teder zijn Woordherkomst Afgeleid van teder met het achtervoegsel -heid. Verwante begrippen gevoeligheid

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

tederheid

tederheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: te-der-heid 1. het hebben van een zacht en liefdevol gevoel ♢ elke moeder voelt tederheid voor haar pasgeboren kind Zelfstandig naamwoord: te-der-heid de tederheid...

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Tederheid

v. (...heden), 1. zachtheid, gevoeligheid, zacht gevoel: de natuur in al haar tederheid en poëzie. 2. zachte, hartelijke liefde, hartelijkheid: de moederlijke tederheid. 3. blijk van zachte liefde: liefde en tederheden. Zie ook TEERHEID.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

tederheid

v., teerheid, v. (1 geringe weerstand tegen ruwe bejegening, delicaatheid; 2 zachtheid, gevoeligheid, zacht gevoel; 3 zachte en hartelijke liefde; innigheid; zacht zich uitende hartelijkheid): 1. de teerheid van het weefsel; 2. haar hart smolt weg van tederheid; 3. hij kuste zijn moeder met tederheid. Opm. teerheid meestal in bet. 1.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Tederheid

v. (-heden), 1. zachtheid, gevoeligheid, zacht gevoel; 2. zachte, hartelijke liefde, hartelijkheid: de moederlijke tederheid; 3. blijk van zachte liefde, liefkozing.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)