Wat is de betekenis van Taalvitter?

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Taalvitter

m. (-s).

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

taalvitter

m. taalvitters (iem., die kleine fouten tegen de taal zwaar doet wegen); verg. Zoïlus.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Taalvitter

Taalvitter - m. (-s), die geen taalfouten gedoogt, (ook) die geen uitheemsche woorden bezigt, purist; ...VITTERIJ, v. (-en); ...VOERDER, m. (-s), spreker; advocaat, pleitbezorger; ...VORSCHER, m. (-s), iem., die nasporingen doet op het gebied der taal; ...WET, v. (-ten), vaste regel of verschijnsel in eene taal; ...WETENSCHAP, v. (-pen), wetens...

Gerelateerde zoekopdrachten